Het gedicht van de afgelopen week schreef ik een paar jaar geleden. Niet voor een stille liefde, maar voor een overleden meisje. Een meisje waar iedereen in Nederland wel eens over gehoord heeft. Een meisje met de naam Anne.
Lieve Anne
Je kent mij niet
Maar ik heb je ontmoet
Je was er niet
Toch heb ik je gegroet
Ik heb gekeken
Waar jij moest gaan schuilen
En even heel eerlijk?
Ik kon daar wel huilen
Een stiekem traantje
Heb ik stilletjes weggepinkt
Toen ik je dagboek zag
Dat jij zo had bemind
Ik kan mij niet voorstellen
Hoe het moest zijn
Om daar te leven
De kamers zo klein
Dat achterhuis dat onzichtbaar
Maar toch o zo belangrijk was
Was vandaag de plaats
Waar ik zoveel over jou las
Ik heb je leren kennen
Bracht jou een bezoek
En om je nog meer te leren kennen
Lees ik nog een keer jouw boek
Anne Frank
Ik schreef dit gedicht nadat ik een aantal jaren geleden een bezoek bracht aan het Anne Frankhuis. Door de coronamaatregelen waar we toen in zaten was het niet heel erg druk en konden we op ons gemak alles bekijken. En het raakte me. Ik heb veel over Anne gezien en gelezen en toen ik daadwerkelijk in het pand van Opekta en later in het Achterhuis stond deed het wat met me. Eenmaal buiten schreef ik dus dit gedicht.